Voorzitster van de Limburgse Intergratieraad

Maryam is 33 jaar en woont samen met haar twee zussen in Hasselt. Ze werkt als coördinator bij Groep INTRO vzw voor regio Limburg. Daarnaast is ze reeds vier jaar actief als voorzitster van de Limburgse Integratieraad (LIR) waarvoor ze eind april ook is herkozen. Verder is ze ook nog politiek actief, ze zetelt in de gemeenteraad van Hasselt voor CD&V en vanaf het volgende jaar maakt ze ook deel uit van de raad voor maatschappelijke welzijn. Kortom kan je haar omschrijven als een duizendpoot, een spraakwaterval, iemand met een groot sociaal engagement maar vooral ook een vriendelijke en enthousiaste verschijning met een groot hart voor haar familie en vrienden.

“Zelf ben ik van Afghaanse origine, ik ben daar ook geboren en heb de eerste tien jaar van mijn leven in Kabul gewoond. In November 1997 ben ik met mijn ouders en twee zussen in België aangekomen en hebben we politiek asiel aangevraagd met ons gezin. We hebben vijf maanden in het opvangcentrum van Lanaken gezeten maar vrij snel erkenning gekregen. (…) Zelf heb ik niet echt een traumatisch vluchtverhaal meegemaakt, wel heb ik traumatische ervaringen van mijn kindertijd in een land in volle oorlog. (…) Maar gedurende mijn studies heb ik als tolk gewerkt voor Afghaanse en Iraanse vluchtelingen en ik merkte heel vaak dat hun vluchtverhaal vaker op de voorgrond trad dan de trauma’s die ze in het thuisland hebben meegemaakt.”

Deze ervaringen maken dat Maryam vaak een andere en meer empathische kijk heeft op thema’s betreffende migratie en diversiteit. Wel stelt ze duidelijk dat de LIR over meer gaat dan over vluchtelingen. Het gaat over alle mensen met een migratieachtergrond, over etnisch-culturele minderheden en dus een veel bredere doelgroep. 

“Wanneer ik ongeveer veertien was sprak ik al voor grotere groepen over mijn verhaal. Ik denk omdat dit voor mij misschien een manier was om ermee om te gaan. Maar daarnaast deed ik het vanuit een groot engagement of plichtsbesef. (…) Vanaf ik één mening kan veranderen over wat vluchten nu eigenlijk is en wat het juist inhoudt om te vluchten, dan ben ik al gelukkig. Daarom heb ik in mijn leven al heel wat lezingen gedaan op verschillende plaatsen en voor verschillende doelgroepen. Ik wil dat ze naar huis gaan met vooroordelen die ik heb kunnen weerleggen. Mensen hun vooroordelen weerleggen vind ik leuk. (…) Ik plaats mezelf nooit in een slachtofferrol, ik ben zelfs een beetje allergisch voor mensen die dat doen. Dat is niet altijd evident, je moet daarvoor sterk in je schoenen staan. Ik probeer altijd humoristisch om te gaan met vooroordelen. (…) Als ik op de trein de telefoon opneem, en in het Nederlands een gesprek voer, zeggen mensen wel eens: ‘ah, je spreekt Nederlands’. Dan antwoord ik meestal: ‘ja en ook vijf andere talen’. Sommige mensen weten dan niet goed wat zeggen maar andere gaan daar verder op in en vragen bijvoorbeeld welke talen en zo knoop je dan een conversatie aan.”

Verder is de familie Jamshid een heel hechte familie. Dit komt volgens Maryam voort uit hun verleden: samen vluchten, samen in het opvangcentrum, samen integreren, samen een nieuwe toekomst uitbouwen… zorgt ervoor dat je een enorm hechte band krijgt.

Wat is juist de Limburgse Integratieraad?

De LIR is uniek in Vlaanderen: ze is namelijk de enige provinciale integratie raad die is overgebleven toen de bevoegdheden omtrent integratie werden overgeheveld van de provincies naar Agentschap Integratie en inburgering. De provinciale integratiecentra zijn toen opgenomen in het Agentschap.

“We zijn dus in Limburg uniek met de LIR maar Limburg is dan ook op veel vlakken uniek. De LIR heeft toen heel erg gestreden voor hun behoud als adviesorgaan. Dit omdat Limburg ook al een erg lange geschiedenis heeft op vlak van migratie en integratie.

De LIR is een officieel adviesorgaan voor de werking van Agentschap Integratie en Inburgering in Limburg. Ze worden ook door hen gesubsidieerd en krijgen vanuit het agentschap een parttime secretaris ter beschikking voor de ondersteuning van de werking.

“Het is niet omdat we gesubsidieerd worden door het Agentschap dat we nooit tegen hen opkomen als adviesorgaan. Want dit is in het verleden ook al een aantal keren anders geweest bijvoorbeeld toen de bevoegde minister de tolken en juridische diensten wilden onttrekken aan de provincies. (…) Dit doen we niet om tegen de schenen te schoppen van het beleid maar om als adviesorgaan het belang van de doelgroep en betrokken werkveld op de voorgrond te blijven zetten. ”

Verantwoordingsstructuur: Zij vertegenwoordigt het LIR en legt daarvoor verantwoording af aan de algemene vergadering (waar een 50tal organisaties in vertegenwoordigd zijn), een bureau (waar een 25tal organisaties vanuit die algemene vergadering zetelen) en dagelijks bestuur (waar een 6tal afgevaardigden van de organisaties in vertegenwoordigd zijn). Een kleine vijf procent, waaronder zijzelf, is als geïnteresseerde aangesloten. De organisaties die zetelen in de LIR zijn erg uiteenlopend den gaan van UCLL, tot UAV, tot CM, Limburgs Platform voor vluchtelingen… kortom een breed scala aan organisaties of koepelorganisatie zijn vertegenwoordigd in de LIR. Het bureau komt om de zes weken samen en is het kloppende hart van de organisatie.

“We zijn een adviesorgaan maar daarnaast, en dat is iets wat ik heel belangrijk vind en vaak op hamer, is dat wij inhoudelijk werk proberen te leveren. Wij kiezen een jaarthema uit en wij werken rond dat jaarthema. Ons bureau wordt dan ook inhoudelijk voorbereid op dat jaarthema en wij werken dan ook een slotevenement uit. Dat kan een studiedag zijn maar de afgelopen twee jaren zijn dat bijvoorbeeld de Diversiteitsawards geweest. (…). Nog iets wat ik belangrijk vind, en wat bijvoorbeeld met de Diversiteitsawards naar voren kwam, is om binnen die thema’s niet enkel beleidsadviezen te formuleren of te kijken naar het negatieve maar vooral ook de positieve zaken in de kijker te zetten. Ik ben er van overtuigd dat er in Vlaanderen al heel wat positieve zaken gerealiseerd worden. In Limburg gaat er, gelukkig, in lokale besturen heel wat aandacht uit naar diversiteit. En dat zie ik net als onze taak: Aan de ene kant het bespreekbaar maken van problemen en het op de agenda brengen van de verenigingen en het beleid maar aan de andere kant zeker ook de positieve dingen die op dit moment wel al gebeuren onder de aandacht brengen.”

Elk jaar kiest de LIR een thema: vorig jaar was dit ‘samenleven’ en hebben ze daarom drie organisaties met een werking hieromtrent in de bloemetjes gezet tijdens hun Diversiteitsawards.

Wat waren en zijn jullie doelen voor 2021?

Het thema van de LIR dit jaar is ‘taal’. Er is reeds een interessante en inspirerende uiteenzetting geweest van de professor Orhan Agirdag rond meertaligheid op de eerste algemene vergadering en heeft zo het startschot gegeven voor het jaarthema. Daarnaast is er een werkgroep opgestart die het thema verder vorm geeft doorheen de loop van dit jaar.

Als slotdag van dit jaar is het de bedoeling om (hopelijk fysiek) een studiedag rond taal te organiseren voor mensen die in het werkveld actief zijn. De studiedag zal bestaan uit verschillende workshops en sprekers om inhoudelijk rond het thema verder gevoed te worden. Zo’n workshops heeft de LIR rond andere thema’s in het verleden nog georganiseerd en dit is ook steeds een succes geweest.

Het doel van de studiedag is om het einde ook enkele pijnpunten rond taal bijvoorbeeld in het onderwijs in beeld te kunnen brengen en te bespreken. En eventueel te kunnen eindigen met beleidsadviezen.

Waar zou je stempel op willen drukken als voorzitter?

“Ik zou enorm veel dingen willen verwezenlijken. (…) Maar wat ik zo veel mogelijk probeer te bekomen is de LIR en onze werking zo veel mogelijk in de picture zetten. Helaas is dat de dag van vandaag vaak nog via de pers en dat verloopt niet altijd zoals je het wilt.(…) Langs de andere kant blijf ik er ook in geloven dat wij niet altijd te bescheiden moeten zijn om onze werking duidelijk te maken en te belichten.(…) In de corona-periode is er een artikel in de krant verschenen over de impact op onze doelgroep van de maatregelen. Waarin wij als klankbord voor onze doelgroep hebben kunnen dienen en dat geeft dan wel een fijn gevoel. Zo kunnen we de persaandacht gebruiken om de doelgroep terug meer centraal te zetten. ”

Daarnaast wil Maryam graag meer beleidsadviezen kunnen uitbrengen. En ervoor zorgen dat deze adviezen ook vaker belanden bij het regionale en bovenlokale beleid. Waardoor ze de doelgroep meer impact kunnen laten hebben in de besluitvorming van de overheid.

“Wij zijn trouwens al in gesprek gegaan met de nieuwe gouverneur en hij wil ons ook echt beschouwen als een klankbord groep. En dat is fijn dat we van hem dat vertrouwen krijgen en die positie ook kunnen innemen.(…) Hopelijk kunnen we ons doel zo in de komende jaren ook meer en meer waarmaken.”

Maryam geeft wel aan dat ze niet wil meegaan in de waan van de dag. Elke dag verschijnt er wel iets in het nieuws over discriminatie, racisme… maar je kan niet op alles reageren.

“Ik heb dit de afgelopen vier jaar niet gedaan en zal dit de komende vier jaar ook niet doen. Integratie blijft de dag vandaag een heel actueel thema dus al ik wil kan ik iedere dag in de krant komen. Want ik heb uiteraard een mening over alles wat er tegenwoordig gebeurt wat met racisme, discriminatie, uitsluiting, inclusie, diversiteit… te maken heeft. Je moet de krant nog niet openslaan en je kan over tientallen zaken je mening gaan uiten maar dat wil ik niet. Want dat heeft geen impact op lange termijn. (…) Als voorzitter wil ik zo een zaken inhoudelijk kunnen aftoetsen met het bureau. (…) Ik wil liever inhoudelijk werken en zo een impact kunnen verwezenlijken.”

Tegenwoordig zie je enorme opkomst van extreemrechts in onze maatschappij. Zo heb je bijvoorbeeld heel de zaak rond Jurgen Conings waarbij er enorm veel steunbetuigingen komen op het internet. Of artikels rond integratie en diversiteit waar er een zee aan negatieve reacties volgen.

“Natuurlijk doet raakt zoiets je als persoon. Je hebt ook je gevoelens. Maar ik denk dat het ook vooral heel veel van onze organisaties raakt. (…) Maar ik heb leren omgaan met die reacties, ik heb het leren plaatsen. En ik denk heel veel van onze doelgroepen leren daarmee omgaan want je kunt dat niet altijd tegengaan. (…) Maar aan de andere kant is het wel mijn taak om dat, persoonlijk maar ook op niveau van de LIR, aan te kaarten. Dus als het bureau aangeeft dat er hier iets rond moet gebeuren, een eigen persartikel uitschrijven, een interview of iets dergelijks, dan zal dat ook gebeuren. Maar ik zal niet altijd vanuit mijzelf daarop springen.(…) Maar uiteraard raakt mij dat en raakt ons dat, zeker, meer dan ooit nu.”

In welke mate heeft de Covid-pandemie een impact gehad op jullie werking? Hoe zijn jullie omgegaan met deze impact?

Tijdens de Covid-pandemie heeft de LIR zeker niet stilgezeten. De vergaderingen werden digitaal verder gezet en ook de Diversiteitsawards zijn online uitgereikt in 2021. Dit had misschien zelfs op sommige vlakken een voordeel: personen die vaak fysiek niet aanwezig konden zijn, kunnen dit nu wel meevolgen vanuit hun zetel.

“Daarnaast hebben we vanuit de verenigingen en lokale besturen, die bij ons vertegenwoordigd zijn, een heel sterk signaal gegeven dat er binnen het beleid heel wat aandacht moet gaan naar onze kwetsbare doelgroep. Een groep die niet digitaal sterk is, die niet makkelijk een afspraak kan maken met zijn/haar OCMW, die moeilijker in contact komt met het lokale bestuur… daar hebben we wel enorm op ingezet. (…) En dat heeft hopelijk wel een impact gehad. We zagen bij heel wat verenigingen en organisatie heel wat positieve reacties.”

We merken dat je op sociaal vlak enorm geëngageerd bent, hoe vind je rust in je drukke agenda?

“Ik ben heel sociaal en ik hou heel erg van mijn vrienden en familie. Dus ieder vrij moment gaat uit naar tijd doorbrengen met mijn vrienden en familie. Het afgelopen jaar was dat niet zo simpel maar goed online of soms offline kon dit gelukkig wel’

Daarnaast geeft Maryam aan dat ze af en toe nood heeft aan effectief een moment voor haar alleen. Tegenwoordig vult ze die tijd vaak in met lopen en heeft ze het afgelopen jaar de natuur leren ontdekken. Verder duikt ze graag in een boek. Dit hoeven niet steeds de meest intellectuele of zware boeken te zijn, de afwisseling is hier vooral belangrijk. Ze leest meestal twee boeken tegelijk op dit moment: ‘De Meeste Mensen Deugen’ en ‘De Zeven Zussen’.

“Ik hou van films en series dus Netflix is af en toe ook mijn trouwe vriend. Maar ik heb gelukkig niet zo heel veel slaap nodig. (…) Momenteel staat The Crown seizoen 4 al even op mijn ‘to-watch-list’, een serie die ik zeker kan aanraden.”