Verschenen in De Morgen.
Anna Roos is voorzitter van de Vlaamse Jeugdraad. Ferki Hoti is voorzitter van LEVL, een organisatie die de belangen van personen met een migratieachtergrond behartigt. Bart De Wever zou verdeeldheid moeten tegengaan, stellen ze, in plaats van stereotypen en vooroordelen op een hoop te gooien.
“Het zijn vrijwel altijd jongeren van allochtone origine, meestal niet-Europees.” Veel woorden had Antwerps burgemeester Bart De Wever (N-VA) niet nodig om via het incident dit weekend, waarbij enkele jongemannen gingen joyriden met een ambulance, meteen een hele bevolkingsgroep onder de spreekwoordelijke bus te gooien.
Alle stereotypen en vooroordelen zonder enige nuance werden op een hoop gegooid. Dit discours is een burgervader van een grootstad als Antwerpen niet waardig. Ja, het voorval van afgelopen weekend is ongehoord en moet uiteraard worden veroordeeld. Maar die veroordeling koppelen aan de herkomst van de daders is beneden alle peil.
We weten ondertussen hoe het gaat. Wanneer een crimineel feit wordt gepleegd en jongeren met een migratieachtergrond zijn betrokken, wordt hun herkomst en achtergrond vaak snel aangewezen als de belangrijkste en soms enige oorzaak van het voorval. Het foutieve idee dat herkomst of etnische achtergrond een allesbepalende factor is in het gedrag van deze jongeren is diepgeworteld in de samenleving en berust vaak op simplistische, eenzijdige en foutieve denkbeelden, waar beleidsmakers net zouden moeten nuanceren en voorbij de stereotypen moeten kijken. Zij hebben immers net de verantwoordelijkheid om verdeeldheid tegen te gaan.
Witte Vlamingen
Stel je voor dat dit bij elk incident zou gebeuren. “Witte Vlamingen” organiseren studentendoop met tragische dood tot gevolg. 15-jarige wordt op de sporen geduwd bij conflict op perron met weeral “witte Vlamingen”. “Witte Vlaamse jongeman” schiet twee mensen dood in centrum Antwerpen op klaarlichte dag.
Neen, zoiets horen we nooit, en maar goed ook. Waarom dan wel als het gaat om mensen met een migratieachtergrond? Wanneer zijn jongeren geen ‘allochtoon’ meer, maar gewoon Antwerpse, Gentse of Brusselse jongeren? Een burgervader die zo’n belang hecht aan gemeenschapsgevoel zou hierin net zelf het voortouw moeten nemen. Beleidsmakers dienen onze samenleving niet op te delen in groepen op basis van negatieve framing, foutieve oorzaken en stereotiepe beeldvorming. Mensen worden te vaak over één kam geschoren, kwetsbare groepen worden telkens opnieuw in een slecht daglicht gezet, door beleidsmakers die een verreikende stem hebben. En dat alles om politiek gewin of profileringsdrang.
Uitspraken als “het zijn altijd allochtone jongeren” hebben een zware impact op het welzijn en welbevinden van een brede groep jongeren. Het heeft ook impact op erkenning, herkenning en het gevoel er al dan niet te mogen bij horen als inwoner van Antwerpen. Terwijl de realiteit toont dat jongeren met een migratieachtergrond ook evengoed sterk en geëngageerd zijn, dat ze zich op allerlei manieren inzetten voor de stad. Het zijn gewóne jongeren, maar over deze jongeren hoor je amper iets.
Het maakt het des te pijnlijker dat Bart De Wever in zijn betoog nochtans wel bijna het juiste pijnpunt aanraakt, om er dan rakelings langs te scheren. Want het gaat jongeren in (groot)stedelijke contexten vaak niet voor de wind: 1 op de 3 kinderen in Antwerpen wordt geboren in een kansarm gezin, in sommige wijken loopt dat aantal zelfs op tot de helft. “Moeilijke opvoedingssituaties”, met andere woorden – ongeacht hun herkomst. Dáár zou de focus op moeten liggen: hoe kunnen we die jongeren versterken en ondersteunen?
Naast het onderwijs en welzijnswerkingen is dat net de sterkte van het jeugdwerk. Samen met jongeren in hun context, in hun straat, in hun wijk aan de slag gaan om hun omstandigheden te verbeteren en hen de kans te geven zichzelf te ontplooien. Dat is intensief werk, dat alle ondersteuning kan gebruiken – in Antwerpen, en bij uitbreiding overal in Vlaanderen en Brussel.
De burgemeester van Antwerpen heeft nog enkele weken de tijd om zijn campagneboodschap bij te sturen. Wil hij een burgemeester zijn voor alle Antwerpenaren, die mensen opheft en ondersteunt waar nodig? Dan doet hij er goed aan te luisteren naar de jeugdwerkingen die de laatste dagen hun stem lieten horen, en in hen en hun werkingen te investeren. Alleen zo geeft hij een duidelijk signaal aan jongeren met een migratieachtergrond dat zij betekenisvol zijn, dat zij kunnen en mogen bijdragen en deel uitmaken van wat zo mooi en eigen is aan de unieke grootstad Antwerpen.